La búsqueda del término advertir ha obtenido 23 resultados
ES Español NL Neerlandés
advertir (v) [observar] observeren (v) [observar]
advertir (v) [to make someone aware of impending danger] waarnen (v) [to make someone aware of impending danger] (v)
advertir (v) [información] kenbaar maken (v) [información]
advertir (v) [información] overbrengen (v) {n} [información]
advertir (n v) [to warn] manen (n v) [to warn] (p)
ES Español NL Neerlandés
advertir (v) [información] onderrichten (v) [información]
advertir (v) [información] voorlichten (v) [información]
advertir (v) [información] meedelen (v) [información]
advertir (v) [información] mededelen (v) [información]
advertir (v) [información] in kennis stellen (v) {n} [información]
advertir (v) [información] op de hoogte brengen (v) [información]
advertir (v) [información] inlichten (v) [información]
advertir (v) [peligro] alarmeren (v) [peligro]
advertir (v) [observar] opmerken (v) [observar]
advertir (v) [observar] bemerken (v) [observar] (formal)
advertir (v) [información] informeren (v) [información]
advertir (v) [peligro] opmerkzaam maken op (v) [peligro]
advertir (v) [peligro] waarschuwen voor (v) [peligro]
advertir (v) [to make someone aware of impending danger] verwittigen (v) [to make someone aware of impending danger]
advertir (v) [peligro] verwittigen (v) [peligro]
advertir (n v) [to warn] waarschuwen (n v) [to warn]
advertir (v) [to make someone aware of impending danger] waarschuwen (v) [to make someone aware of impending danger]
advertir (v) [peligro] waarschuwen (v) [peligro]